Ga door naar hoofdcontent
ArtikelenWhatever it takes
rechtszaak pensioenen

Whatever it takes

Zaterdag 1 augustus 2020

KBO-Brabant bestrijdt onrecht pensioenakkoord

Het nieuwe pensioenstelsel gaat naar verwachting over zes jaar in. Gepensioneerden en werknemers krijgen geen compensatie voor het verlies dat ze de afgelopen jaren hebben geleden, toen hun pensioenuitkering respectievelijk -opbouw niet met de inflatie mee steeg. De komende jaren hoeft er evenmin op indexatie gerekend te worden. In een brief vroeg KBO-Brabant minister Koolmees daar verandering in te brengen. Tevergeefs.

image

Een nieuw pensioenstelsel, waarover jarenlang is gediscussieerd en waarover het kabinet, sociale partners en een meerderheid van de Tweede Kamer het inmiddels eens zijn, treedt naar verwachting in 2026 in werking. De komende jaren lijden gepensioneerden nog wel onder het feit dat hun uitkering in veel gevallen al jaren niet met de inflatie is meegestegen (‘geïndexeerd’). De prijzen voor levensonderhoud gingen omhoog, terwijl de pensioenuitkering van veel mensen niet mee omhoog ging. De gemiddelde koopkrachtdaling van het aanvullend pensioen is nu al opgelopen tot ruim 20 procent en zal de komende jaren verder oplopen.

Niet acceptabel

De Koepel Gepensioneerden, waarvan KBO-Brabant lid is, schreef in juni een brief aan minister Koolmees. ‘Daarin wordt wel een aantal bezwaren opgenoemd tegen het nieuwe stelsel, maar de noodzaak van (inhaal)indexatie is voor ons een harde voorwaarde voor draagvlak.’, vertelt Leo Bisschops, voorzitter van KBO-Brabant. ‘Daarom hebben wij in een eigen brief aan Koolmees duidelijk gemaakt wat het standpunt van KBO-Brabant is. Wij zijn met 125.000 leden de op één na grootste seniorenvereniging van Nederland. Daarom is het goed als de minister weet hoe wij aankijken tegen het nieuwe stelsel en tegen de overgangsfase. Het ontbreken van indexatie en inhaalindexatie is hoofdthema voor KBO-Brabant. Bisschops: ‘Onze leden zijn gemiddeld 75 jaar oud. Velen van hen hebben de afgelopen jaren geen indexatie ontvangen of zijn zelfs gekort op hun uitkering. Als het nieuwe stelsel nog een jaar of zes op zich laat wachten, zullen velen van hen ook de rest van hun leven geen geïndexeerd pensioen meer meemaken. Dat is niet acceptabel.’

Evenwichtiger verdeling

Pensioenfondsen kunnen volgens de huidige regels hun uitkeringen alleen verhogen als ze genoeg geld in kas hebben. Dat wordt beoordeeld op een manier die ervan uitgaat dat het pensioen een garantie is, met als gevolg dat fondsen enorme reserves moeten aanhouden. In het nieuwe stelsel is dat beter geregeld, maar dat laat dus nog een heel aantal jaren op zich wachten. ‘De hele generatie die nu lid is van KBO-Brabant dreigt een verschrikkelijke pech-generatie te worden wat betreft de pensioenen’, stelt ook Rob de Brouwer, pensioenexpert en lid van KBO-Brabant. Hij vindt het terecht dat KBO-Brabant pleit voor een ‘inhaalindexatie’: een verhoging met terugwerkende kracht over de afgelopen jaren. ‘Dat geld ís er namelijk gewoon. Pensioenfondsen hebben enorme vermogens die op dit moment niet voldoende worden benut voor hun eigenlijke doel: een zo waardevast mogelijk pensioen. Wij gunnen onze kleinkinderen natuurlijk het allerbeste, maar ze moeten net als wij wel zelf werken voor hun pensioen en daar premie voor betalen. Zoals de overgang en het nieuwe stelsel nu zijn vormgegeven, ligt het voordeel vooral bij de jongere generatie en deels zelfs bij de jongeren die nu nog op school zitten. Er moet een evenwichtiger verdeling komen.’

Juridische strijd

Helaas stemde de Tweede Kamer met een tweederde meerderheid op 14 juli 2020 in met het pensioenakkoord. Reden voor KBO-Brabant om met gelijkgestemde organisaties de reeds gaande juridische strijd met de minister uit te breiden.

‘De hele generatie die nu lid is van KBO-Brabant dreigt een verschrikkelijke pech-generatie te worden wat betreft de pensioenen’, stelt ook Rob de Brouwer, pensioenexpert en lid van KBO-Brabant. Hij vindt het terecht dat KBO-Brabant pleit voor een ‘inhaalindexatie’: een verhoging met terugwerkende kracht over de afgelopen jaren. ‘Dat geld ís er namelijk gewoon. ‘Pensioenfondsen hebben enorme vermogens die op dit moment niet voldoende worden benut voor hun eigenlijke doel: een zo waardevast mogelijk pensioen. Wij gunnen onze kleinkinderen natuurlijk het allerbeste, maar ze moeten net als wij wel zelf werken voor hun pensioen en daar premie voor betalen. Zoals de overgang en het nieuwe stelsel nu zijn vormgegeven, ligt het voordeel vooral bij de jongere generatie en deels zelfs bij de jongeren die nu nog op school zitten. Er moet een evenwichtiger verdeling komen.’