Ga door naar hoofdcontent
ArtikelenSenioren netwerk Nederland
Landelijk krachtig en lokaal verankerd

Senioren netwerk Nederland

Maandag 27 februari 2023Afbeelding Senioren netwerk Nederland

KBO-Brabant, KBO Gelderland, KBO Limburg, KBO Noord-Holland en KBO-Overijssel slaan de handen ineen onder de noemer Senioren Netwerk Nederland. Ze blijven volledig zelfstandig qua organisatie en financiën, maar zoeken elkaar op als het over landelijke thema’s, het delen van kennis en praktische zaken gaat. De vijf voorzitters van deze KBO’s vertellen ONS Magazine wat de leden hiervan kunnen verwachten.

Waarom deze samenwerking?

Leo Bisschops, voorzitter KBO-Brabant, neemt als eerste het woord: ‘De laatste jaren zien we dat de belangenbehartiging voor ouderen zich uitbreidt. Naast allerlei vormen van ontspanning en ontmoeting, die traditioneel een belangrijk deel uitmaken van ons lokale aanbod, gaat het ook steeds meer over eenzaamheid, welzijn, zingeving, gezondheid, wonen, zorg en armoede.

Dat is ook niet zo vreemd. De rijksoverheid legt de verantwoordelijkheid voor het oppakken van deze thema’s steeds meer bij lokale partijen en netwerken. Dan kun je denken aan gemeenten, welzijnsorganisaties, zorgkantoren, woningcorporaties, zorgaanbieders en ook seniorenverenigingen. Een belangrijk argument daarbij is dat er lokaal nu eenmaal grote verschillen zijn en dat er op deze onderwerpen maatwerk nodig is.

Met onze samenwerking voor belangenbehartiging willen we aansluiting houden op deze ontwikkeling. Daarom geloven we niet zozeer in een landelijk dienstverlenend bureau, maar juist in de samenwerking van lokale afdelingen in bijvoorbeeld Best, Doetinchem, Geleen, Heiloo en Zwolle. Dáár moet onze provinciale ondersteuning zich primair op richten. Onze missie: weten welke problemen senioren in hun eigen leefsituatie ervaren en die problemen, inclusief onze aanbevelingen, duidelijk overbrengen bij het Rijk. Dat is ook waar onze overheid behoefte aan heeft.’

Hoe ziet de samenwerking eruit?

De vijf provinciale partners vinden het allemaal belangrijk om binnen de nieuwe samenwerking hun eigen onafhankelijkheid te bewaken. Herman Pieper, voorzitter van KBO-Overijssel: ‘Wij denken aan een samenwerkingsnetwerk, waarin we een aantal essentiële uitgangspunten delen. Op de eerste plaats delen we als bestuurders eenzelfde gevoel van urgentie: de vergrijzing, inclusief de uitdagingen die daaruit voortvloeien op het gebied van wonen, zorg en welzijn, vindt nú plaats. Meer dan ooit is een goed gewortelde belangenbehartiging van senioren nodig. Wij weten over wie we het hebben!

‘Niet óver senioren praten, maar mét hen.’

Op de tweede plaats hebben we alle vijf de overtuiging dat belangenbehartiging anno 2023 zo veel mogelijk in samenspraak met de direct betrokkenen hoort te gebeuren. Niet óver senioren praten, maar mét hen! Bovendien ligt er binnen onze achterban een schat aan kennis en kwaliteiten. Daarom richten we ons vooral op het aantrekken van deskundige vrijwilligers.’

Verliezen we dan niet het lokale belang uit het oog?

Marcel Ballas, voorzitter van KBO Limburg, vult aan: ‘We staan nu op eigen benen en dat voelt goed. In Limburg hebben we 30.000 leden, die willen gehoord worden. Vanuit onze zelfstandigheid kunnen we onze leden de aandacht geven die ze verdienen. Tegelijkertijd gaan we de samenwerking aan met de andere vier provinciale KBO’s, om te bekijken op welke landelijke thema’s we elkaar kunnen versterken.’

‘Zo vullen we elkaar aan, leren van elkaar en delen eventueel taken.

Volgens Arie van Alphen, voorzitter van KBO Gelderland, ligt de kracht vooral bij de lokale afdelingen: ‘Zo geven onze 62 lokale Gelderse afdelingen ons voeding: onderwerpen waarmee we aan de slag kunnen. Met de partners uit Brabant, Limburg, Noord-Holland en Overijssel kunnen we zorgen voor goede afstemming en aanvulling waar dat nodig is. We houden de financiën van elke provinciale KBO gescheiden, maar we ondersteunen elkaar wel. Zo kunnen we elkaar opzoeken en bijpraten over landelijke thema’s en samen bespreken hoe we bepaalde dingen praktisch aanpakken. Op deze manier kunnen we elkaar aanvullen, van elkaar leren en eventueel taken delen.’

Anton van Riel, voorzitter van KBO Noord- Holland, ziet dat ze dankzij de onderlinge samenwerking doelmatig en efficiënt kunnen werken: ‘We willen kleinschalig en vooral transparant zijn naar onze leden toe: laten zien wat we doen, waar we voor strijden en wat we op lokaal, provinciaal en landelijk niveau voor elkaar krijgen. Alle leden betalen een bepaald bedrag per jaar: daar willen ze wat voor terugzien, in hún leefomgeving. Onze harde kern is lokaal geworteld en van daaruit moeten we landelijk een vuist kunnen maken.’

Wat staat er als eerste op de agenda?

De vijf provinciale KBO’s willen gaan samenwerken op alle vlakken die voor senioren van belang zijn, zoals pensioen, wonen, welzijn en zorg. Daarnaast staat verjonging van het ledenbestand hoog op de agenda. Arie: ‘We vinden het ontzettend belangrijk dat we ook aansluiten bij de interessesfeer van zestigplussers. De gemiddelde leeftijd van ons ledenbestand ligt nu rond de 75 jaar. We vinden onze huidige leden heel belangrijk en die koesteren we. Maar we willen het ledenbestand graag uitbreiden en verrijken door ook jongere senioren aan te trekken. En we vermoeden dat die nog niet zo zeer op zoek zijn naar ontspanningsactiviteiten.’

Hoe gaat het Senioren Netwerk Nederland jonge senioren trekken?

Anton: ‘Gelukkig is naar deze doelgroep al volop onderzoek gedaan, onder andere door de Raad voor Volksgezondheid en Samenleving. In hun rapport beschrijven ze bijvoorbeeld dat deze groep behoorlijk vitaal is en behoefte heeft aan een reden om elke dag op te staan. Zestigplussers willen een zinvolle bijdrage leveren aan de maatschappij. Nu moeten wij op zoek naar een manier om ze te bereiken. En dan moeten we niet onze kroonjuwelen oppoetsen en zeggen: kom bij ons. We moeten ons verdiepen in hun beleefwereld en lef hebben om buiten ons bestaande aanbod te denken.

Leo: ‘Hierin kunnen we mooi samen optrekken. We hoeven niet allemaal zelf het wiel uit te vinden, aangezien dit geen lokaal of provinciaal verschijnsel is. Dit speelt in heel Nederland.’

Vijf KBO’s, één stem

‘We zijn officieel gestart op 1 januari jl. met het versterken van onze positie en het maken van afspraken en toekomstplannen’, vertelt Herman. ‘Ik ben ervan overtuigd dat we samen veel gaan bereiken de komende jaren. Met behoud van onze eigen identiteit, maar wel met één stem. Allemaal op basis van ons motto: landelijk krachtig en lokaal verankerd.’

Leo Bisschops, voorzitte KBO-Brabant

Leo woont in Best. Hij werkte onder meer in de jeugdzorg en voor het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) en was wethouder.

Marcel Ballas, voorzitter KBO-Limburg

Marcel woon in Kerkrade en is directeur van een grote zorgorganisatie in Duitsland. Daarvoor had hij een zorgadviesbureau.

Herman Pieper, voorzitter KBO-Overijssel

Herman woont in Oldenzaal, en was onder meer bedrijfs­ leider in de detailhandel, wethouder, beleidsadviseur, docent en schoolleider.

Anton van Riel, voorzitter KBO-Holland

Anton woont in Heiloo. Hij was fusiemanager in het onderwijs, werkte mee aan de experimentele basisschool en was universitair docent, jurist, bioloog en orthopedagoog. Hij is ook voorzitter van Het Natuur Instituut, Edunet en de VvE Sonnevanck BV.

Arie van Alphen, voorzitter KBO-Gelderland

Arie woont in Lunteren, werkte als longarts, ziekenhuisdirecteur, interimbestuurder en kwaliteitsadviseur. Hij is ook voorzitter van de dorpsraad.